Wat zal er beuren…
wanneer je aarzelt? Wanneer je te lang wacht tot misschien wel die belangrijke beslissing? Wat zal er gebeuren wanneer ik twijfel over die aankoop. Aarzelen en twijfelen.Twee
verschillende woorden die qua betekenis aan elkaar verwant zijn. Toch hebben ze
een andere invalshoek. Ik aarzel, omdat ik eigenlijk diep van binnen het toch
niet wil. Het liefst zou ik het idee ver weg stoppen, er niet meer aan
willen denken. Ik twijfel omdat er toch ook weer wel gunstige voorwaarden aan
zitten. Ik twijfel of ik wel de goede beslissing zal nemen. Waar gaat het over?
Mijn auto moest voor een APK keuring naar de garage. Toen ik laat in de middag
terug kwam om de auto weer op te halen, was hij nog niet klaar. Ik liep de
showroom in en zag een jonger model met een gering aantal kilometers. De prijs
voor mijn auto viel reuze mee en de aanschaf van de andere auto was financieel
goed te doen. Ik heb mijn twijfel laten varen en besloten niet van de huidige
auto afstand te gaan doen. De aarzeling in de koelkast gedaan en de twijfel
goed geïnterpreteerd. Het was het overdenken waard. Niet meer dan dat.
Ik denk dat ik wakker ben en toch droom ik. Een vreemde
gewaarwording afgelopen nacht. De omgeving wit door sneeuw zag ik door de wit
omrande ruiten. Iemand lag er naast mij, een man, onherkenbaar. Ik probeerde
mij te focussen, het lukte mij niet. Een vreemde? Een bekende? Misschien wel
jij?! Samen hadden wij besloten een cadeau te maken. Een slee. Geen idee voor
wie, maar we waren verheugd om het samen te realiseren. Geen aarzeling, geen
twijfel tussen ons. We kropen dicht tegen elkaar, als lepeltjes voelden we elkaars
warmte. Was dit werkelijkheid, of droomde ik nog steeds.
In mijn wakende droom was er geen twijfel of aarzeling om een
slee samen te gaan maken. Het voelde goed. Samen zijn, die verbondenheid
beleven welke geen aarzeling behoeft.
We suizen samen naar beneden vanaf een gigantisch hoge
bergtop. Geen angst, of twijfels hielden mij tegen. Ik voelde mij veilig in
jouw armen zittend en suizend op die slee. We gleden en gleden, steeds maar
door. Zonder einde, zonder begin. Een moment in het luchtledige. Dan stonden we
ineens stil. Ik draaide mij half om. Zijn mond naderde mijn gezicht en toen was
er de zekerheid van kussen en omhelzen. En toen ik wakend wakker werd, was het
er nog steeds. Even dacht ik dat het werkelijkheid was.
“De waarheid heeft geen vorm, het is als water dat de
vorm aanneemt van datgeen waarin men zich bevindt”.
Een uitspraak van Rumi, een Perzische 13e -eeuwse
dichter.