APK
Het is irritant, er zit een steentje in mijn schoen. En ja… niet zo verstandig, ik ben met blote voeten in de schoenen vertrokken. Geen sokken aan. Aangezien ik op een schelpenpad loop is het geen optie om mijn schoen uit te trekken en op één been te gaan staan. Bijna zeker is dat ik mijn evenwicht verlies en met mijn voet nu zonder schoen nog meer steentjes verzamel. Maar een eindje verder weet ik dat er een bankje staat. Het bankje aan de Vliet.
Er komt een hondje naar mij toe en ik weet aan wie die behoort.
Het bankje zal dus bezet zijn. Ik heb er al eerder over geschreven. De man die
al plaats heeft genomen op het bankje ken ik. Nou ja, kennen, dat ook weer niet
echt, ik weet niet eens zijn naam. Een wat oudere man, die op deze plek vaak uit
rust i.v.m. zijn etalagebenen. We komen elkaar regelmatig tegen tijdens een
wandeling. Iedere keer wanneer hij er al zit, klopt hij uitnodigend naast zich,
zonder iets te zeggen. We maken vaak een praatje.
Ik wens hem goedemorgen en ga naast hem zitten. Ik krijg een
aai van de tong van de hond over mijn benen. Ik trek mijn schoen uit, schud hem
ondersteboven heen en weer en trek hem weer aan. ‘Geen sokken’, zegt mijn
buurman. Hij voegt er nog aan toe: ‘Niet zo verstandig!’ Ik weet het, antwoord
ik, maar soms ben ik gewoon lui. Ja, dat gebeurt mij ook wel eens, bromt hij. ‘Ik
moest alweer een tijdje geleden voor de APK en ik had geen zin om een afspraak
te maken.’ Ze vinden altijd wel wat! Ik kijk hem aan, ja, soms kunnen ze wel
wat ontdekken, maar soms ook niet. En de APK is toch verplicht?! Daar kun je
toch niet onderuit?! Al brommend gaat hij verder: nee, niet van de auto, van
mijn lijf. Ze willen weten, of alles nog gesmeerd loopt. Ietwat verbouwereerd
vraag ik: ‘Wil jij dat dan niet weten?’ Ach ja, is zijn reactie, ik voel mij
goed, geniet van het leven. Geniet van alles wat mijn vrouw op tafel zet, de
heerlijke maaltijden die zij klaar maakt. En ik weet, dat we voeding gebruiken
die zo gezond mogelijk is. Ik drink af en toe een biertje, of een glaasje wijn.
En dan komt de uitslag, krijg ik het advies om wat aan mijn gewicht te doen en
mag ik niks meer en krijg ik er ook nog een aantal pilletjes bij. En met een
gefronst voorhoofd kijkt hij in de verte naar zijn hond. Roept hem en voegt
eraan toe: ‘Daarna ga ik mij pas zorgen maken en daar heb ik geen zin in. Dus
blijf ik lekker op mijn manier door gaan. Wat dat betreft ben ik liever lui dan
moe!’ Hij staat op: ‘mijn vrouw wacht op ons hondje en mij, want de koffie zal
ze al wel klaar hebben’. ‘Gisteren heb ik haar nog een bloemetje meegebracht.
Al staand voegt hij er nog aan toe: ‘We genieten op onze leeftijd samen van de
kleine dingen en voelen ons daar gelukkig bij. Is dat niet wat er toe doet?’
Hij heft zijn arm als een groet en wenst mij nog een fijne, maar vooral zorgeloze
dag toe.
Ik vertrek ook en moet nog steeds aan het gesprek denken. Meten
is weten, maar is soms jezelf happy voelen niet belangrijker, dan van alles
maar de wetenschap hebben wat in getallen is vastgelegd? In dit geval dan van
de medische APK? Ik vraag mij dat wel eens af. Na metingen zullen er altijd
bepaalde indicaties zijn die actie vereisen. En niet iedereen zal een meting op
dezelfde manier beoordelen. Iedere situatie kan anders zijn. Het gaat om actie
te ondernemen over het totaal plaatje om, in samen spraak met, tot een
eventuele behandeling te komen.
Moet men dan maar de kop in het zand steken, zoals die man
met het hondje doet? Ik stel mij zelf maar gerust. Hij moppert wel wat, maar
zijn vrouw houdt van hem en zal wel een oogje in het zeil houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten