Schoenendozen vol met…
vul maar in…, vol met allerlei bewaarsels. Vol met liefde, een
brief van mijn eerste vriendje en verloofde, liefdesbrieven van mijn man die maandenlang
op zee vertoefde, ontroerende kinderlijke briefjes van vriendjes. Vol met foto’s
die nergens bij hoorden, niet bij een vakantie, een reis, of wat dan ook, maar
toch een gebeurtenis vertegenwoordigen die ik belangrijk vond om te bewaren. Geboortekaartjes,
Huwelijks aankondigingen, kaarten met overlijdensberichten. Allemaal betrekking
op mijn familie en naaste vrienden. Schoenendozen zijn stevig, hebben een handig formaat om te
stapelen. Door de jaren heen heb ik deze dozen gebruikt om alles wat ik
interessant en belangrijk vond in te bewaren. En ik bewaar best wel veel. Ik
kan goed opruimen, maar situaties waardoor ik een verandering in mijn leven meemaakte, vond
en vind ik nog steeds een reden om te bewaren.
Eigenlijk was ik op zoek naar foto’s om een levensloop te
maken voor het Huwelijk van mijn zoon. Inmiddels is het totaal iets anders
geworden, maar hier zit ik dan tussen allemaal geopende dozen. Ik lees een
telegram, door mijn man gestuurd vanaf de H.ms. Isaac Sweers, op dat moment
gelegen in Ottawa, d.d. twee Juni 1970, mijn verjaardag: “Nog even meisje, dan
ben ik weer thuis.” Ik ben dan weer terug in de haven van Den Helder twee
maanden voor mijn toenmalige verjaardag om hem uit te zwaaien. In gedachten
weer herinneren het verdriet van het afscheid en de blijdschap om elkaar weer
in de armen te sluiten.
Ik open brieven van mijn moeder, geschreven begin jaren zeventig
op driehonderd kilometer afstand. Nog geen telefoon, maar waar in die tijd wel
de post dagelijks werd bezorgd. “Kind, wij hebben besloten een
telefoonaansluiting te nemen.” “We zijn dan dichter bij jou.” Wanneer ik dan
deze handmatig geschreven brieven van haar in mijn hand houd, is het
persoonlijke handschrift, de manier van schrijven wat mij ontroerd en aan het
eind: “Gauw tot ziens, Mama.” Het zien van dit handschrift voegt iets toe aan
de ontroering, aan haar herinnering.
Elk handschrift is uniek, net zo als ieder mens uniek is. De
vorm, het gebruik van de letters, schuin-, of rechtop schrift. Hoe vaak herken
je alleen al aan het zien van het geschreven adres op de nog ongeopende
enveloppe van wie de afzender is. Als kind heb ik het schuinschrift geleerd. De
letters aan elkaar schrijven. Later op de Middelbare school ben ik in
blokschrift gaan schrijven. Waarom? Alles wat anders was vond ik toen
interessant en onder mijn klasgenoten was het rechtop in blokletters schrijven
populair. Correspondentie wordt nu vaak geprint, het is handig om de letters te
typen, het gaat sneller, fouten worden aangegeven en zijn snel verbeterd. Toch
mis ik de ziel van het handmatig geschrevene.
Het voegt een persoonlijke stijl toe. Een cursist van mij, voorheen Aanklager
als beroep in zijn land, schrijft schuin en aan elkaar. Zijn schrift is
prachtig.
Al deze dozen bevatten herinneringen, gebeurtenissen door de
jaren heen tot nu toe. Een heel leven vol herinneringen, maar ieder dag kan ik
er weer nieuwe herinneringen aan toevoegen. Ik open een brief, een
handgeschreven brief, van mijn toenmalige vriend, drie jaar geleden. Hij
eindigt zijn brief met: “Met jou wil ik de bloemen plukken die langs onze weg
zullen staan.” Een mooiere liefdesverklaring dan dit, had ik zelf niet kunnen
bedenken.